Wij studenten roken, feesten en drinken er op los. Iedere student weet dat je na een avondje flink stappen de volgende dag weinig meer waard bent. Weinigen van ons zullen erbij stilstaan of wij onze nieren, lever of longen nog wel kunnen doneren na ons overlijden. Soms zijn er weken dat je zoveel drinkt dat het voelt alsof je een nieuwe lever wel kan gebruiken. Toch is het prachtig dat technieken als donortransplantatie bestaan. Niet om een alcoholistische student aan een lever te helpen, maar om mensen die het echt nodig hebben te helpen. Ondanks dat is het politieke debat rondom orgaandonatie is al tien jaar gaande.
Het probleem
De huidige orgaanwet stamt nog uit 1996 en laat burgers zelf de keuze maken om zich wel of niet als donor te registeren. Bij de registratie heb je vier opties: u stelt uw organen beschikbaar, u stelt uw organen niet beschikbaar, u laat de beslissing over aan uw nabestaanden of u laat de beslissing over aan een specifiek persoon. Op dit moment kunnen alleen de organen van mensen die de eerste keuze hebben ingevuld worden gedoneerd. Het probleem is dat ongeveer 60 procent geen keuze maakt en hierdoor automatisch geen donor is. Een groot deel hiervan zegt niet de moeite te willen doen om hun donorcodicil in te vullen. Een ander obstakel is dat veel mensen niet aan de dood willen denken, het is een soort taboe, daardoor willen zij ook niet nadenken over het doneren van hun organen. Dit zorgt voor een tekort aan donoren. Elk jaar sterven patiënten omdat zij niet op tijd een nieuw hart of een nieuwe lever kunnen krijgen. Uit enquêtes blijkt dat twee derde van de bevolking bereid is zijn of haar organen af te staan na het overlijden. Deze potentiele extra donoren zouden de levens van de hierboven genoemde patiënten kunnen redden.
Een aantal politieke partijen zijn al langere tijd bezig om de huidige orgaanwet te veranderen. Deze partijen zouden graag zien dat burgers automatisch donoren zijn tenzij zij aangeven dit niet te willen zijn. Volgens hen zal dit veel extra donoren opleveren. Dit wordt bevestigd door omringende landen die ook dit donorsysteem hebben ingevoerd. In landen zoals Frankrijk, Finland, Zweden en België is het aantal orgaandonoren enorm gestegen. Kort geleden is een motie van D66 in de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer moet er nog over stemmen. De kans dat de motie slaagt is echter klein, de partijen die tegen zijn hebben een meerderheid in de Eerste Kamer. Daarnaast is de motie die door de Tweede Kamer heen is gekomen flink afgezwakt. Wanneer iemand geen keuze heeft gemaakt dan is diegene niet automatisch donor maar zullen de nabestaanden de keuze maken. De sombere realiteit zal zijn dat dit niet veel extra donoren op zal leveren. Wanneer de nabestaanden het namelijk ook niet weten, dan zullen zij waarschijnlijk beslissen om niet over te gaan tot donatie. Gehoopt mag worden dat orgaandonatie bespreekbaarder wordt binnen de familie.
Misvattingen
Ook bestaan er nog veel misvattingen rondom orgaandonatie. Er zijn nog steeds heel veel mensen die denken dat artsen mensen gemakkelijker en sneller laten overlijden als zij donor zijn of dat donoren als proefpersonen worden gebruikt. Ook denken veel oudere volwassenen dat hun organen te oud zijn of dat zij door hun levensstijl niet langer kunnen doneren. Even voor de duidelijkheid: dit is allemaal niet waar!
Hersendood
Een van de grootste misvattingen heeft betrekking op hersendode patiënten. Voor de lezers die dit niet weten: wanneer de organen uit het lichaam van een donor worden gehaald, dan moet dit lichaam nog in “leven” zijn. In de medische wereld is de consensus dat hersenendode patiënten niet meer kunnen herstellen. Hersendood is een toestand waarbij je hersenen helemaal niet meer in staat zijn te reageren op prikkels. Er gaat geen bloed en dus geen zuurstof naar je hersenen. Hierdoor kunnen je hersenen de rest van je lichaam niet meer aansturen. Je hebt geen ademhaling meer, je kunt niet meer bewegen en je hebt geen primitieve reflexen meer. De rest van je lichaam kan echter nog wel blijven “leven”, wanneer het ondersteund en geholpen wordt door bijvoorbeeld een ademhalingsapparaat. Dit is onomkeerbaar. Wanneer iemand langere tijd in “leven” wordt gehouden terwijl diegene hersendood is dan zullen de hersenen verweken. Alleen een neuroloog of neurochirurg mag de hersendood vaststellen, dit gebeurt aan de hand van een aantal testen en volgens zorgvuldig opgestelde protocollen. Deze hersendode patiënten zijn zeer geschikt als donoren.
Pijn
Veel mensen denken dat hun geliefde nog pijn ervaart wanneer de organen uit het lichaam van een hersendood iemand worden gehaald. Dit klopt niet. Normaal gesproken ervaart men pijn doordat er heel snel een signaaltje van bijvoorbeeld je vinger naar je hersenen wordt gestuurd en weer terug. Je voelt de pijn in de vinger, maar de hersenen ervaren de pijn en sturen een signaal naar je vinger dat het ook daadwerkelijk pijn doet. Bij hersendoden bereikt het signaal de hersenen niet en wordt er ook niks teruggestuurd, hierdoor voelt een hersendood iemand dus geen pijn.
Afscheid
Een andere misvatting is dat mensen denken dat zij geen afscheid van hun geliefde kunnen nemen wanneer er sprake is van donatie. Het grootste deel van de organen komen van hersenendood patiënten. Veel mensen willen erbij zijn wanneer hun geliefde zijn laatste adem uitblaast. Is er sprake van een minderwaardig afscheid als het ademhalingsapparaat een paar minuten later uitgaat? Men kan denken aan een scenario waarbij de familie en vrienden rustig afscheid kunnen nemen van hun geliefden en vervolgens de ruimte verlaten. Daarna zullen de organen worden geoogst en het ademhalingsapparaat worden uitgezet. Is daar sprake van een minderwaardig afscheid? Ik denk het niet.
Oplossingen
Wanneer je mensen hoort over orgaandonatie blijkt dat er veel misvattingen zijn. Misschien kan beter worden geïnvesteerd in voorlichting, dan dat de wet wordt veranderd. Deze misvattingen hebben een groot aandeel in het tekort aan donoren. Door de grote onduidelijkheid rondom orgaandonatie is een activiteit zoals de donorweek erg belangrijk. Een andere mogelijkheid is mensen te verplichten een keuze te maken. Op deze manier dwing je mensen over dit maatschappelijke probleem na te denken, maar de keuze staat hen op deze manier nog vrij. Het zou kunnen dat iedereen die na 1 januari 2017 een nieuw paspoort of identiteitskaart aanvraagt bij de gemeenten ook een donorcodicil in moet vullen. Mensen weten dit van tevoren en kunnen er dus over nadenken. Ook is het later altijd nog mogelijk je keuze aan te passen.
Zelf ben ik voorstander van het opt-out systeem. Iedereen is automatisch donor tenzij je aangeeft dit niet te willen zijn. Hierdoor zullen de mensen die geen moeite zullen doen om het donorcodicil in te vullen automatisch donor zijn. Een veel gehoord tegenargument is het recht op zelfbeschikking. Men is de baas over mijn eigen lichaam en de keuze zou je worden ontnomen. Ik denk dat dit niet het het geval is. Het enige wat men moet doen is aangeven geen donor te willen zijn. Dit kost slechts een paar minuten. Dat heb je er toch wel voor over? Ook mensen die fel tegen orgaandonatie zijn kunnen aangeven dat zij geen donor willen worden. In omringende Ianden waar dit systeem ook is ingevoerd, is het aantal donoren met ongeveer 30 procent gestegen. Dit heeft problemen ten aanzien van donoren voor een groot deel opgelost.
Wij studenten moeten vooral niet stoppen met drinken of naar feestjes gaan. Ik hoop alleen dat jullie door de ophelderingen van dit artikel erover nadenken om ook donor te worden. Ik ben zelf al jaren donor. Voor mij is het een fijn gevoel dat ik weet wanneer ik overlijd (hopelijk mag dit nog lang duren) dat mijn organen het leven van een of meerdere mensen nog kunnen redden.